Dit straatje heeft deze naam gekregen om er aan te herinneren dat destijds de mensen creatief zelf namen maakten om straatjes of paadjes te benoemen. Op het einde van dit straatje, aan de Bochtenstraat, woonde een kleermaker. Omdat die veel met een schaar werkte, kreeg hij de bijnaam Sooi Scheir (scheir=schaar). Niemand kende zijn echte naam. Zo is de naam Scheirstraatje ontstaan.
Lees meerReeds in 1470 is er sprake van de Printheesterpad en de Printheestersemeren. Dit pad moet ergens in deze omgeving gelegen hebben. Misschien ligt deze naam aan de basis van de huidige naam Prinsenpad.
Lees meerDe Molenstraat hier vlakbij, bestond destijds slechts uit enkele huizen. Tussen die huizen lagen nog grote, open velden. Zo’n veld noemde men een akker. Aan het Sint-Luciakapelletje stonden enkele kleine huisjes, een heel eind van het dorp. Die huisjes werden aangeduid met de naam Akkerhuisjes, vandaar de naam Akkerhuisjespad.
Lees meerDe naam herinnert aan het feit dat hier destijds een klein voetpad was dat uitkwam op de houten molen. Op het einde van het pad stond eeuwenlang de molen, waar de boeren hun graan moesten laten dorsen. Het paadje staat op oude kaarten getekend als een smal voetpad.
Lees meerDeze omgeving werd sinds mensenheugenis het Watergat genoemd. De naam is ook terug te vinden op oude kaarten. Deze naam herinnert eraan dat daar een beek onder de Stevennekens door loopt en dat daar destijds dikwijls problemen waren met overtollig water. Mogelijk bestond de naam al toen er nog geen brug over de beek lag.
Lees meerLiedje. Rond 1830, ten tijde van het ontstaan van België gemaakt om met de Hollandse soldaten te lachen die een goedkope soldatenhoed kregen van een soort papier omdat een echte te duur was.
Een twee drie vier, hoedje van, hoedje van,
Een twee drie vier, hoedje van papier.
Heb je dan geen hoedje meer
Maak er een van bordpapier
Een twee drie vier, hoedje van papier.
Een twee drie vier, hoedje van, hoedje van,
Een twee drie vier, hoedje van papier.
Als het hoedje dan niet past,
Zet het in de glazenkast.
Lees meerDit paadje lag er al toen de Sint-Lenaartsesteenweg nog niet bestond. Langs dit paadje kon je te voet naar de Merret en zo verder over een bredere zandweg naar Sint-Lenaarts. Het paadje was niet meer dan een kronkelend voetpad. Nu blijft enkel de eerste 80 meter ervan nog over.
Lees meerOp de gehuchten werd dit groepsspel gespeeld tussen licht en donker. Geschikt voor veel spelers. Een grotere jongen of een volwassene verstopt zich. De andere spelers stappen arm in arm, dicht bij mekaar, een breed lint vormend in de maat van het volgende deuntje: “Zou er onderwege gene berejas zitten?” Ze herhalen het ritmisch versje telkens weer, met hun ogen spiedend rond kijkend. Als plots de “beer” tevoorschijn springt en hen met een luide brul laat schrikken, loopt iedereen gillend weg. Daarna start het spelletje opnieuw.
Lees meerLiedje + spelletje: eeuwenoud, over heel de wereld verspreid, genezingsritueel om een zieke te genezen?
Zakdoek leggen, niemand zeggen,
Ik heb de hele dag genaaid,
Twee paar schoenen heb ik af genaaid,
Twee van stof en twee van leer;
Hier leg ik mijn zakdoek neer.
Lees meerSpelletje op rijm. Ouders met kinderen plaatsen hun duimen boven mekaar op het ritme van het rijmpje. Nadien handen en tanden verbergen of een doef krijgen.
Olleke bolleke rebesolleke
Olleke bolleke knol
Al wie handen of tanden laat zien
Krijgt tien doefen en een knip
Jan Slip!
Lees meerPagina's